Vergezichten, watervallen en groen

Gister geen verbinding gekregen met internet, dus lees dit verhaal alsof het gister was;-)
Woensdag 8 juni 2011

Het is alweer een week geleden dat we vertrokken, we hebben al zo veel gezien dat het lijkt of we al veel langer op reis zijn dan 8 dagen.
Vanochtend waren we nog maar net op weg toen we een heel mooi uitzicht hadden; bergen en bossen met hier en daar een gekleurd huisje, en dat alles weerspiegelde in het gladde wateroppervlak van een meer. Je ziet dit soort beelden wel ’s in folders of op kalenders, zo dus, alleen hadden wij geen zonnetje op dat moment. Gelukkig waren er langs de kant van de weg uitwijkhavens, ook voor schietgrage toeristen, dus hebben we de auto aan de kant gezet en weer een paar kiekjes genomen.
Snelwegen heb je hier nauwelijks, alles is 2-baans, dus hoge snelheden bereik je niet zo gauw. Trouwens je mag hier niet eens sneller dan 80 of 90, dat betekent dat je ruim de tijd moet nemen om 290 km af te leggen, zeker als je er onderweg regelmatig uit wilt om van al dat schoons onderweg rustig te genieten.
De natuur is momenteel hier ook prachtig, voorjaar, het tere groen van de berken spat er van af, de tulpen en narcissen staan hier nog volop in bloei. Puur voorjaar, onderweg kom je allerlei tinten groen tegen, van donkergroen van de naaldbomen tot heel lichtgroen van het rendiermos, na dat wat je met kerst in de kerststukjes terugvindt. De natuur loopt ongeveer 3 á 4 weken achter bij die in Nederland.
Het traject dat we vandaag reden voerde bijna helemaal langs een rivier, ons hotel staat langs die zelfde rivier. We kwamen meerdere watervallen tegen waarvan we er één van heel dichtbij hebben gezien: de Fiskumfoss, daar komt zoveel water naar beneden, dat ze er een waterkrachtcentrale hebben gebouwd. Maar daardoor kunnen de vissen niet verder zwemmen, daarom hebben ze er een vissentrap naast gebouwd, zodat ze op een natuurlijke manier van laag naar hoog kunnen komen.
Bovendien kun je daar je eigen zalm vangen, roken en opeten, alleen vandaag werd er weinig gevist.

Hoe verder we naar het noorden gaan, des te lichter blijft het ’s nachts, werd het in Oslo zo rond 22.45 uur pas een beetje schemerig, 1000 km naar het noorden wordt het bijna helemaal niet meer donker. We hebben aldoor nog hotelkamers gehad met goede verduistering, zodat we onze slaapmaskers nog niet nodig hebben gehad. Gister zaten we om kwart voor twaalf (!) nog te lezen zonder lampjes aan. Kun je je nauwelijks voorstellen, maar we gaan het beleven op deze reis, dan wordt het helemaal niet donker en blijft de zon boven de horizon, ook ’s nachts!
Morgen passeren we de poolcirkel, nog slechts ca.170 km. hier vandaan;-) Dus: tot morgen vanuit het (met recht) hoge noorden.